Bij boomachtig groeiende haagplanten zijn in de regel zulke brutale snoeimaatregelen als bij heggenstruiken niet nodig. Het komt echter voor dat u bijvoorbeeld een oude tuin overneemt met een haag die erg breed is geworden en deze graag weer in vorm wilt krijgen. Dan is het tijd voor een verjongingssnit. Vanwege hun hoge vermogen om te regenereren, tolereren de meeste boomachtige haagplanten, zoals veldesdoorns, beuken en haagbeuken, een dergelijke verjonging goed.
Om de planten zoveel mogelijk te beschermen gaat u bij onverzorgde, oudere bladverliezende heggen als volgt te werk: Knip in het vroege voorjaar van het eerste jaar met een snoeischaar of een snoeizaag alle zijtakken aan de boven- en zijkant weg, zodat zover dat er alleen nog maar stompjes met lichte zijvertakkingen overblijven. In het tweede jaar is de andere flank aan de beurt. Het voordeel van deze geleidelijke verjonging is dat de planten aan één kant altijd voldoende blad hebben en daardoor beter opgewassen zijn tegen het verwijderen van de scheuten.
